Wat speelde zich af in de kop van de ooievaar die twee weken geleden neerstreek op een portaal boven de A2 en daar, tak voor tak, begon aan de bouw van een nest, luttele meters boven het razende verkeer? Een paar honderd meter verderop, bij de eendenkooi van Waardenburg, had Staatsbosbeheer zich nog wel uitgesloofd met een houten paal met een karrenwiel erop. Maar nee, dank u, geen belangstelling, dit vakwerkportaal net ten zuiden van knooppunt Deil moest het zijn.
Uiteraard koos pa ooievaar voor de hoek van het portaal, want wáár de wind tegen die tijd ook vandaan zou komen, de jongen zouden zich bij de eerste vlucht gewoon naar beneden kunnen laten vallen en altijd wel een windvlaag vinden waarop hun vleugels vat konden krijgen. En uiteraard koos hij voor de hoekzijde in de middenberm, want aan de buitenkant staan populieren en dat vliegt niet lekker af en aan.
Met aandachttrekkerij had de plek niets te maken, maar die aandacht kwam er met 180 duizend passerende automobilisten per etmaal natuurlijk wel. Takken op de rijbaan, daarvan kan geen sprake zijn, dus haalde Rijkswaterstaat het ooievaarsprotocol tevoorschijn. Geconstateerd werd dat er nog geen eieren waren, dus kwam er een hoogwerker om het nest af te breken. Waarop de ooievaars onmiddellijk opnieuw begonnen.
Twee jaar terug kostte het Rijkwaterstaat bij Meppel de grootste moeite een koppel ooievaars te verhinderen om op een portaal aan de A32 te nestelen omdat ze niets wilden weten van vervangende nestgelegenheid, en vorig jaar kwamen ze gewoon terug naar ‘hun’ portaal en begon de strijd van voren af aan. Bij knooppunt Deil ging het, dankzij Piet, anders.
Dagblad De Gelderlander wijdde vorige week een stukje aan het nest bij Deil en interviewde daarvoor Piet van Andel, projectleider Ooievaarsopvang Herwijnen. Het vervangende paalnest bij het waterwingebied driehonderd meter verderop vond hij een kansloos idee, hij opperde om het nest op de andere hoek van het portaal te herbouwen, net buiten de vangrails.
Rijkswaterstaat regelde een hoogwerker en zette een rijstrook af, Van Andel klom met zijn zoon Jochem omhoog, haalde het nest weg en zetten er een puntdakje van stug tuingaas voor in de plaats, en aan de andere kant van het portaal bouwde hij met wat houten balkjes, gaas en takken een basisnest. Zoon Jochem zaagde wat takken uit de populier die te dichtbij stond. Al de volgende morgen kreeg Piet het verlossende telefoontje van Rijkswaterstaat: de ooievaars hadden zijn nest aangenomen. Nu is het wachten op nageslacht.
Bij de ooievaarsopvang kunnen mensen aankloppen als ze een jonge ooievaar willen adopteren. Dan mogen ze het ooievaartje samen met Van Andel wegen en ringen en noteert hij de naam die de adoptieouders hebben uitgekozen. Op de A2 zal dat niet gebeuren heeft Rijkswaterstaat al laten weten, de weg wordt niet nóg een keer afgezet. Maar als u nu op de A2 naar het noorden rijdt en bij hectometer 91,8 een fiere vogel op het portaal ziet staan, dan mag u gerust denken dat die eigenlijk Piet heet, Piet van de A2.