De autohandel wordt geliberaliseerd. Vanaf dinsdag wordt het verkoopmonopolie dat fabrikanten aan hun dealers geven, opengebroken. Sinds vorige week ondersteunt Peugeot zijn dealernetwerk met een supershowroom, gevuld met auto’s in alle soorten en  maten. 'Géén offertes, géén taxaties, géén verkoop' staat met grote letters op het bord bij de ingang van Peugeot Experience, de landelijke uitstalkast die het Franse automerk vorige week opende aan de A2 bij Breukelen. Normaal verbieden zulke borden mobiele telefoons, harde muziek en het nuttigen van meegebrachte etenswaren. Vindt Peugeot de verkooptransactie inmiddels een hinderlijke activiteit waarvoor het zich moet schamen? Manager Thom Claassen: 'We hebben duizenden klanten geënquêteerd en mensen blijken vooral geen verkoper in hun nek te willen. Als mensen eindeloos de achterklep van een auto willen openen om te proberen of de koffers erin kunnen, dan moeten ze dat op hun gemak kunnen doen.' Afgaande op de naam zou je verwachten dat Peugeot Experience een nieuwe loot is aan de stam van de totaaltheatershows waarmee fabrikanten hun merk onder de aandacht brengen. Je verwacht de multimediapresentaties, 3D-simulaties en interactieve spelletjes van bijvoorbeeld Nike en Heineken. Of de overdonderende aanpak die Volkswagen kiest in Autostadt, het autopretpark nabij de Duitse plaats Wolfsburg: Wagneriaanse discodreunen, vlammenwerpers en laserflitsen laten de paviljoens op hun grondvesten trillen. Maar Peugeot Experience is eigenlijk juist heel ouderwets. Goed, je komt binnen in een hoge hal met veel glas en staal, een kersenhouten loper voert je langs de zes kernthema's van Peugeot en daarna zoeft een lift van blauw glas je naar de eerste verdieping. Discover staat daar, en de meest directe manier om iets te ontdekken is de confrontatie met the real thing. Dus staan alle types van Peugeot hier uitgestald in verschillende uitvoeringen, in totaal zo'n vijftig auto's. Eigenlijk is Peugeot Experience gewoon een showroom, maar dan wel een hele grote. Op de begane grond staan nog eens tachtig glimmende demonstratiewagens waarmee de potentiële klant een proefrit - experience in modern jargon - kan maken van één uur, twee uur of een dag. Iedere voorbijganger mag hier rondkijken, een broodje eten of een espresso drinken, maar een proefrit kan alleen via een afspraak met een erkende dealer van Peugeot. Want ondersteuning van het dealernetwerk is het achterliggende doel van het nieuwe centrum. En die ondersteuning is hard nodig aangezien de Europese Unie al vele jaren ijvert om de gedwongen winkelnering via merkbedrijven te breken. Dinsdag aanstaande wordt regeling 14002 van kracht: automerken mogen hun technische informatie niet meer voorbehouden aan de eigen dealers. Ook het verkoopmonopolie dat fabrikanten aan hun dealers geven wordt per 1 oktober opengebroken, maar hiervoor geldt een overgangstermijn van een jaar. De fabrikanten overleggen druk met hun juristen hoe ze de complexe regeling - er komt een onderscheid tussen selectieve en exclusieve distributie - kunnen omzeilen, maar op lange termijn lijkt de handel in auto's net zo geliberaliseerd te worden als die in koelkasten en computers. Om een krachtig dealernetwerk in stand te houden moeten fabrikanten dus zorgen dat die dealers voldoende meerwaarde te bieden hebben. Een klant wil bijvoorbeeld van te voren zien of bordeauxrode bekleding wel past bij de zilvergrijze Peugeot 607 Sedan die hij heeft uitgezocht. Of hij wil middels een proefrit de 807 SR 2.0 vergelijken met de 2.2 uitvoering. Omdat het voor een dealer onbetaalbaar is om alle types in voorraad te hebben, heeft Peugeot Nederland de supershowroom ontwikkeld. Na een proeftijd van een jaar gaat het moederbedrijf bekijken of het concept ook in Duitsland en Frankrijk wordt ingevoerd. Het is logisch dat Nederland als proeftuin dient: in ons dichtbevolkte land blijven de reisafstanden binnen de perken. De afgelopen vijf jaar is ook het netwerk van Peugeot-dealers ingrijpend gereorganiseerd. Door fusies en overnames daalde hun aantal van 140 tot 58, maar het aantal vestigingen met de Peugeot-leeuw op de gevel bleef met 215 grofweg gelijk. Peugeot zit nu ongeveer op de ideale formule 1 : 50 : 200, of te wel 1 landelijke showroom op vijftig dealers die gemiddeld vier servicepunten hebben. Claassen: 'Je moet een goede dekking houden, mensen zijn niet bereid om voor een kleine beurt ver te rijden. Maar voor een dure auto willen ze wel van Groningen naar hier rijden.' Peugeot Experience kostte 7,5 miljoen euro, dat was voldoende om een 'nette' formule neer te zetten.'We hadden er wel een toren van twintig meter op kunnen zetten, maar dan denken klanten dat wij met hun geld gooien', zegt Claassen. 'Peugeotrijders zijn behoudend. Ze hebben een behoorlijke inkomen en zouden zich best een duurdere wagen kunnen permitteren, maar het hoeft niet zo nodig voor hen.' Aan een echte belevenismachine, zoals Nike Town of Autostadt, hoefde Claassen met zijn budget niet eens te denken: 'Entertainment vergt waanzinnige investeringen, en dan nog: klanten zitten helemaal niet te wachten op een dagje uit. Iedereen heeft het over de jongeren die je binnen moet halen, maar als je echt kijkt zie je dat mensen die nieuwe auto's kopen meestal boven de veertig zijn.' En dus is de Nederlandse variant van Autostadt een keurig, blauw pand aan de snelweg, zonder veel opsmuk of spektakel. Gezien het recente debâcle van Opel Live - een pretpark rond het merk Opel in het Duitse Rüsselsheim - is zo'n voorzichtige aanpak niet onverstandig. Want net als in de interneteconomie groeien ook in de beleveniseconomie de bomen niet tot in de hemel.